Monday, March 28, 2011

Acupuncturist

Ieder land heeft zo zijn eigen gewoontes, tradities en cultuur. Hong Kong heeft heel veel Chinese invloeden, alhoewel Hong Kong Chinezen en Mainland Chinezen niet over 1 kam geschoren willen worden. Hong Kong Chinezen voelen zich toch net even iets beter en iets beschaafder dan Mainland Chinezen. Het valt echter niet te ontkennen dat Hong Kong heel veel Chinese invloeden heeft, om niet te zeggen dat het bijna China is. Er zijn echter wel grote verschillen. Zo is de taal hier Cantonees (met 7 verschillende tonen) en de gemeenschappelijke taal in China is Mandarin (4 verschillende tonen). Daarnaast heeft China meerdere talen (b.v. Hokkien), maar Mandarin is de gemeenschappelijke taal.

Naast de taal heeft Hong Kong ook veel van de Chinese medische wereld overgenomen. Naast reguliere dokters heb je hier veel artsen die geschoold zijn in Traditional Chinese Medicine (TCM). TCM kijkt op een andere manier tegen zaken en kwalen aan dan reguliere geneeswijze. Het zit ook iets meer (voor mijn gevoel) tegen homeopathie aan. Men kijkt naar het lichaam als geheel en doet meer aan oorzaakaanpak dan gevolgbestrijding. Om een voorbeeld te geven. Als mensen hoofdpijn hebben, zal een reguliere arts een pijnstiller voorschrijven om de gevolgen van de pijn te bestrijden, terwijl een TCM arts eerder zal kijken naar waar het vandaan komt, bijv. van een zwakke constitutie. Dan zullen ze proberen bijv. door middel van acupunctuur en kruiden je algehele gesteldheid te verbeteren.

Acupunctuur en TCM wordt dus ook standaard door de werkgever (deels) vergoed in het ziektekostenpakket. Onder het motto: “niet geschoten is altijd mis”, toch maar eens de kans gewaagd en een TCM dokter / acupuncturist bezocht. TCM bestaat namelijk toch enkele (duizenden) jaren langer dan de traditionele geneeskunst. Dus het kan niet anders dan dat TCM over de jaren zijn waarde bewezen heeft. Er wonen per slot van rekening inmiddels meer dan 1 miljard mensen in China en als TCM niet bewezen zou zijn, zou het al lang afgeschoten zijn over de jaren.

Het bezoek aan de TCM dokter was een hele aparte ervaring. Ik moest mijn handen op een kussentje leggen met binnenkant van de palm omhoog, zodat ze in mijn handpalm kon kijken. Blijkbaar valt daar toch heel veel in te lezen, want ze maakte een aantal opmerkingen over mijn verleden die toch redelijk spot-on waren. Ik kreeg zelfs de opmerking dat mijn creatieve lijn erg goed ontwikkeld was. Daar moest ik zeker wat mee doen. Toen ik vertelde dat ik in Finance werkte, zei ze me dat ik zeker een carriere richting iets creatiefs moest overwegen, want het was zeker nog niet te laat en ik zou er erg succesvol in zijn.

Nu denk ik dat de meeste mensen die mij kennen, kunnen beamen dat ik geen ster ben in zingen. Ik kan niet goed tekenen of schilderen en heb ook geen superontwikkeld ritmegevoel. Dus alles met zang, dans, tekenen en schilderen valt al af. Creatief met getalletjes in Finance zal vast ook niet zijn wat ze bedoelde vrees ik. Dus na een paar dagen nadenken, kwam ik tot de conclusie dat ik zo creatief ben dat ik niet eens weet of kan bedenken welke vorm van creativiteit het beste bij mij past. Dus voorlopig neem ik het maar even met een korreltje zout. Het zal wel zo zijn met creativiteit, dat op het moment dat je het juist niet verwacht je die geniale, creative inval krijgt of juist dat top creatieve idee. Geduld brengt vis zullen we maar zeggen ;-)

Daarna werd ik naar kamertje gebracht met een massagetafel. De massagetafel bestond uit bed van verwarmde stenen, wat heerlijk ontspannend was. Vervolgens werden de naalden in mijn lijf geprikt. Eigenlijk voel je er vrij weinig van. Enkele in mijn benen, buik en gezicht. De enige naalden die ik echt goed voelde waren de naalden die aan de zijkant van mijn neus geprikt werden. Daarna werd er een soort warmtestraler over mijn buik geplaatst en een boven mijn hoofd. Dan mag je ongeveer 20 minuten heerlijk ontspannen blijven liggen. Dat is toch wel apart om dan doodstil te blijven liggen. Ik probeerde een keer mijn beenspier aan te spannen om mijn been op te tillen en te verleggen, maar toen voelde ik een scheut van mijn heup naar mijn enkel gaan en terug. Blijkbaar zaten die naalden toch op enkele drukpunten :-).

Na de acupunctuur kreeg ik een cupping. Dan smeren ze een soort vloeistof op je huid. In de ene hand nemen ze een knijptang met daartussen een stukje brandbare stof. Dat steken ze vervolgens aan. De knijptang met het brandend stukje stof houden ze vervolgens in een glazen cup. Die cup plaatsen ze vervolgens op je huid, nadat ze de knijptang er weer uitgehaald hebben natuurlijk en vervolgens bewegen ze die glazen cup over je huid. Dit is om dode huidcellen weg te branden en kan tevens als afvalmethode gebruikt worden in combinatie met de juiste vorm van acupunctuur. Dat komt doordat de warmte in de cup ervoor zorgt dat hij op je huid vacuum zuigt en daardoor alle dode huidcellen meetrekt.

Ik heb het nu inmiddels 2 keer gedaan en het doel is de circulatie te verbeteren en interne blokkades op te heffen. Beide keren voel ik me daarna erg moe en heb vooral veel geslapen. Het lijkt er dus op dat er heel veel vermoeidheid los komt. Ik kijk het even aan of het werkt. Maar een aparte ervaring was het zeker. Helaas heb ik geen foto’s van mezelf met alle naalden in mijn lijf :-).

Monday, March 21, 2011

Private Kitchen

Hong Kong is een beetje een land waar alles kan en alles mag. Ook een land waar heel veel mogelijk is als je geld hebt. Naast heel veel doorsnee restaurants, heb je hier net als in vele andere landen en steden ook een aantal toprestaurants. Verder heb je hier ook het concept “Private Kitchen”. Ik had er al wel het een en ander over gehoord, maar het nog nooit meegemaakt.

Een Private Kitchen is letterlijk het idee alsof je bij iemand thuis gaat eten. De locatie was Billion Place. Ik was uitgenodigd door iemand die daar een verjaardagsdiner zou geven. Uiteindelijk bleek dat er ongeveer 30 man zou komen. Nu ben ik er nog steeds niet helemaal achter hoe alles hier precies werkt in Hong Kong, maar het werkt hier in ieder geval anders dan in Nederland. Naast de zogenaamde Junk Boat trips, werken verjaardagsfeestjes in Private Kitchens hier op dezelfde manier. Iedere gast wordt geacht bij te dragen in de kosten. Het lijkt er dus op dat mensen een feestje organizeren voor hun eigen verjaardag en vervolgens de rekening aan de gasten presenteren. Dat even terzijde.

Terug naar de Private Kitchen. Het was lastig te vinden aangezien het in een flatgebouw gelegen was, wat deels afgesloten was. We moesten door een opening in een ijzeren rolluik via een lift omhoog. Daar kwam ik in een appartement terecht. Het was een grote ruimte met een grote open keuken en woonkamer en daarachter een lange kamer met een grote eettafel waar iedereen aan kon zitten. Het “woonkamerdeel” is bij uitstek geschikt om te borrelen of voor een aperitief voor je aan tafel gaat.

We kregen een uitgebreid menu voorgeschoteld. Het begon met Foie Gras op een bedje van Kiwi. Daarna een tijgergarnaal. Vervolgens risotto met zonnebloempitten. Een visgerechtje, gevolgd door steak, een pasta, dessert en taart. Het eten was allemaal overheerlijk maar veel en veel te veel.

Ik moet toegeven dat het een heel leuk alternatief is en een hele leuke setting om een diner te organiseren, waarbij je optimaal van de ruimte gebruik kunt maken en niet te maken hebt met andere gasten zoals b.v. in een restaurant en toch een relatief grote groep mensen kunt ontvangen.

Wednesday, March 16, 2011

Pondicherry – Ashram

Op aanraden van een collega die er eerder was geweest, zouden we ook een Ashram bezoeken. De collega was er eerder geweest en vond het een indrukwekkende ervaring.

De Ashram lag in Auroville. Dit is een gebied in India wat eigenlijk een vrijstaat is. Er is geen grens maar het is wettelijk zelfstandig en behoort toe aan geen enkel land. Iedereen kan er komen wonen. Ik begreep echter als dje toegelaten wil worden tot de gemeenschap, je al je aardse bezittingen op dient te geven.

Daarna kregen we een heel verhaal over de levenswijze van de mensen die daar leven en wat de doelen zijn die ze nastreven. Het ging met name om spirituele gelijkheid tussen de mensen en balans. Echter zodra de mensen die in de gemeenschap leven, gaan praten over de oprichters in termen van “De Grote” en “De Moeder” dan houdt het voor mij een beetje op.

Als alles gaat en draait om sprituele gelijkheid snap ik niet waarom je als groep een individu zover boven de rest verheft en dat je dat als individu en grondlegger van die leefwijze dat toestaat.

Laat ik er verder niet te veel over zeggen. Onze Indische collega’s hadden voor ons een bezoektijd gereserveerd. Ondanks dat het bezoek gratis is, dien je je wel van te voren te registreren en geen registratie betekent geen toegang. Tot zover de hele gedachte over gelijkheid, openheid en eenheid met de wereld om je heen.

Auroville is een leefgemeeschap die zelfvoorzienend is. Kinderen gaan er naar school en verder heeft het kleinschalige industrie, waar met name handgemaakte producten verkocht worden als zepen, kleding, kaarsen en een hele reeks andere producten die met name verkocht worden aan toeristen en omliggende dorpen.

Het hoogtepunt van Auroville is de Matri Mandir (oftewel de Ashram). De Matri Mandir is de meditatieruimte. Hier wilden we heen gaan om te mediteren. Het is een ruimte helemaal opgetrokken uit wit marmer aan de binnenkant. Aan de buitenkant ziet het eruit als een goudkleurige lotusbloen.

Helaas konden we er niet in, maar hopelijk kom ik er in de loop van het project nog een keer terug en kan ik er alsnog een bezoek aan brengen.













Auroville





De Matri Mandir

Monday, March 7, 2011

Pondicherry – Tempel

In Pondicherry kregen we het advies van een collega om een specifieke tempel te bezoeken. Deze tempel bleek echter niet te liggen in Pondicherry zelf, maar op anderhalf uur rijden van Pondicherry. Geen probleem, de auto met chauffeur was geregeld en hij zou ons naar de tempel en weer terug rijden.

Ik ga niet teveel meer zeggen over de rijstijl van Indiers. Daar heb ik al wat over gezegd. Het is altijd een afweging of je iets van de omgeving wil zien of liever je ogen dicht doet en de hele rijstijl maar aan je voorbij laat gaan. Ik had beloofd om foto’s te maken voor het thuisfront en voor mijn blog. Dus nadat ik op het vliegveld een nieuwe camera gekocht had, ging ik dus voor de eeste optie in de hoop mooie plaatjes te kunnen schieten.

Het aparte aan tempels is dat ze vaak maar beperkt open zijn. Zo ook deze tempel. Deze was open van 09.00 tot 12.00 en dan weer van 16.00 tot 21.00. Aangezien we besloten uit te slapen, zijn we wat later vertrokken en zijn we eerst naar een punt geweest van waaruit je boottochten kon maken door onder andere Mangroves. Nu heb ik die al op verschillende andere plaatsen gezien en ik had niet echt behoefte om met 10 Indiers, 3 uur in een gammele boot te gaan zitten. Dus onze chauffeur vriendelijk bedankt en verzocht door te rijden naar de tempel.









Uitzicht op de Mangroves en het Indiase landschap

We waren aan de vroege kant. Dus eerst wat rondgelopen in het dorpje en wat foto’s genomen voordat we de tempel in gingen. Wat eigenlijk meteen opvalt, is hoe armzalig de mensen wonen, maar hoeveel tijd (en waarschijnlijk ook geld) er gestoken wordt in het bouwen van tempels en dan met name de details die verwerkt zijn in de toengagspoorten.









De toegangspoort met details

Het was ook meer een tempelcomplex met meerdere tempels dan 1 tempel. Op het complex bevindt zich ook een waterreservoir wat meer lijkt op een primitief zwembad/vijver. Dit wordt door mensen gebruikt om zich te wassen. Het water ziet er echter alles behalve smakkelijk, schoon en aantrekkelijk uit, maar goed, zij zullen er vast beter aan gewend zijn dan ik.













Het tempelcomplex





Ook de tempel heeft "huisdieren"

Zo zag je ook meteen dat mensen verschillende kleuren hebben op hun gezicht. Rode vlekjes, witte vlekjes of strepen en gele. Allemaal betekenen ze iets verschillends, maar het is een soort zegening.

Het was een indrukwekkende ervaring om een tempel te bezoeken die ook daadwerkelijk in gebruik is.

Tuesday, March 1, 2011

India – Pondicherry

Naast een bezoek aan het kantoor in Bangalore moesten we ook een bezoek brengen aan het kantoor in Pondicherry. Van Bangalore was het 45 minuten vliegen naar Chennai en vanuit Chennai was het dik 3 uur rijden naar het zuiden naar Pondicherry. Het vliegveld in Chennai is op zijn zachtst gezegd niet bepaald modern. Nadat we onze bagage opgehaald hadden, was het even zoeken naar de chauffeur die ons naar Pondicherry zou brengen. Het weer in Chennai lijkt meer op het weer wat ik gewend was in Singapore, warm en vochtig.

Het eerste wat aan onze chauffeur opviel was dat hij geen schoenen droeg. In deze regio is het blijbkaar heel erg normaal en draagt ook een deel van de bevolking geen schoenen en dan te bedenken dat de straten niet bepaald schoon zijn.

Chennai was op zijn zachtst gezegd heel erg rommelig en daar is geen woord aan gelogen. Zodra je de parkeerplaats van het vliegveld afrijdt, rij je meteen een bouwput in. Hier is een heel groot deel van de wegen niet of nauwelijks verhard.





Rondom Chennai Aiport



De Tata-Taxi



De Tata-Bus

De rijstijl van de Indiers is overigens complete absurd. Zelfs als er niet of nauwelijks ruimte is, wil nog steeds iedereen elkaar inhalen. Dat geldt voor scooters, auto’s en ook bussen. Ook als er eigenlijk de ruimte niet voor is.

Pondicherry is nog minder ontwikkeld dan Bangalore. Straten zijn nauwelijks verhard. Enorme hopen vuilnis in de straten. Huizen die gebouwd zijn van hout en riet en lijken meer op een hut dan op een echt huis. Meestal begonnen onze meetings om 10.00, dus reden we rond 9.30 weg vanaf het hotel met de chauffeur. Als je dan ziet hoeveel verkeer er nog op de weg is (vermoedelijk op weg naar kantoor) en hoeveel er tussen 18.00 en 18.30 al weg is, besef je dat dit land nog een enorme slag kan maken als het op efficientie aan komt.









Het straatbeeld in Pondicherry















Een impressie van een tripje in de regio



Wegwerkzaamheden! Hoezo beschermende kleding?





Koeien kom je overal tegen



Het spoorwegnet in India

Wat me daarnaast opviel was het verschil in prijzen die gehanteerd worden in Pondicherry in vergelijking met Bangalore. In beide steden verbleven we in boutique hotels. Echter voor de prijs voor 1 nacht in het hotel in Bangalore kon ik 4 nachten slapen in het boutique hotel in Pondicherry.



Het hotel in Pondicherry

India is verder een lastig land om in te werken. Mensen beloven je de wereld, maar zodra je het kantoor uitloopt, gaan ze terug naar business as usual en als je dan een paar dagen later terugkomt, blijkt dat ze niks gedaan hebben. Het is erg lastig om hun persoonlijke belangen in lijn te brengen met de belangen van het bedrijf of een groter geheel. Dat kost erg veel energie.

Pondicherry is verder een van de populairdere vakantiebestemmingen in India. Vanwege het goede weer, komen er veel oudere mensen in de tijd dat het koeler is in andere deel van India daar de tijd doorbrengen. Daarnaast spreken heel veel mensen er Frans, omdat het Franse koloniale invloeden gekend heeft. Dit zie je onder andere terug in een aantal gebouwen en ook in de straatnaambordjes, waar de naam van de straat zowel in het Hindi als in het Frans op staat.

Verder schijnt alcohol in Pondicherry ook relatief goedkoop te zijn .Blijkbaar komen er ook nogal wat Indiers uit andere delen van het land naar Pondicherry om daar het weekend door te brengen en te feesten.

Helaas had ik het te druk om me in het uitgaansleven te storten.













Een sfeer impressie van 1 van de dorpjes rondom Pondicherry



India's meest geliefde vervoermiddel, de Tuk Tuk



Een van Indiaas religieuze symbolen